Restanten van de steenfabriek (“Pilo”) in de Jufferswaard

Jufferswaard

Over de herkomst van de naam ‘Jufferswaard’ zijn veel verhalen te vinden. Oorspronkelijk was het Jonckfrouwenweert vermoedelijk vernoemd naar jongedames van het kasteel Doorwerth. Zij kregen de opbrengst van de waard (=hooiland en weiden in een uiterwaard). Op Wikipedia staat een heel ander verhaal. Het zou van het woord ‘juf’ of ‘juif’ stammen. Dat is het Franse woord voor Jood. Er was een kleine Joodse gemeenschap op de plaats waar nu de brug naar Heteren begint. Zij waren al actief in kleinschalige keramische industrie.

Lepelaar Jufferswaard
Foto: Karel Noy

De Jufferswaard wordt beheerd door Staatsbosbeheer. De paden zijn het hele jaar door toegankelijk, maar kunnen soms erg glad en modderig zijn.

Pilo

“Pilo” was vroeger de bijnaam die de steenovenarbeiders, Renkumers en anderen, gaven aan de fabriek en/of aan de fabrieksbazen: ze werkten “bij Pilo”. De naam verwees naar de stof van de broek van de steenovenbaas Anton Ariëns. Pilo was een geweven stof van half katoen en half linnen. Deze stof was sterk genoeg voor werkkleding.

Boerderij Anton Ariens met Pilo broek

Nieuwste gemeentelijk monument

De steenovenruïne in de Jufferswaard is in 2021 door het College van Burgemeester en Wethouders van Renkum aangewezen als gemeentelijk monument. Staatsbosbeheer (SBB), de eigenaar en beheerder van de uiterwaard, diende de monumentaanvraag in op basis van de documenten opgesteld door de vrijwilligersgroep genaamd “Pilogroep” van de Stichting Renkums Beekdal. Op de foto zie je de steenovens nog intact. Als je goed kijkt zie je de schoorsteen. Aan de overkant van de Rijn (rechtsonder op de foto) staat de Wienenberger steenfabriek, die werkt nog steeds. Helaas is daar de schoorsteen onlangs afgebroken.

Jufferswaard 1944
Jufferswaard in 1944

Pilogroep

De Pilogroep speelt een cruciale rol in het schoonhouden van de uiterwaard en fungeert als maatschappelijke partner van Staatsbosbeheer (SBB). Ze overleggen regelmatig over natuurbehoud, waterbeheer, recreatief gebruik en cultureel erfgoed in het gebied. Momenteel zet een deelgroep van de Pilogroep zich in voor een grondige restauratie van de steenovenschoorsteen, die van zowel landschappelijk als cultureel historisch belang is. De schoorsteen bevindt zich in het midden van twee andere oude schoorstenen aan de overkant van de Nederrijn en is het laatste overblijfsel van de vier steenovens die Renkum tot aan de Tweede Wereldoorlog rijk was.

Onderdeel Gletsjerparadijs

Om het belang van de cultuurhistorische schoorsteen en de beleving van het gebied te benadrukken, heeft de Stichting Renkums Beekdal het initiatief genomen om een toekomstvisie te ontwikkelen voor het hele “Gletsjerparadijs” (werktitel), dat de Sandr van Wolfheze, heidegebieden van de gemeenten Ede en Renkum, uiterwaarden en beekdalen omvat. Dit initiatief sluit ook aan bij het programma “Gelders Arcadië” voor de Veluwezoom en de uiterwaarden van de Nederrijn. De Jufferswaard en de cultuurhistorische waarde van de schoorsteen maken deel uit van beide visies.

Restauratie

De Pilo-deelgroep “Steenovenruïne” is op zoek naar financiering en heeft constructieve gesprekken met SBB gevoerd. Hoewel SBB in principe geen budget heeft voor cultuurhistorische restauraties, denkt de organisatie mee over mogelijke bijdragen en de verspreiding van informatie. De provincie Gelderland heeft al aangegeven dat het project “Steenovenruïne Jufferswaard” kansrijk is voor een fifty-fifty financiële bijdrage vanuit de provincie. De plannen passen goed binnen de al lopende programma’s “Gelders Arcadië” en “Gletsjerparadijs”, maar de restauratie van de schoorsteen kan alvast van start gaan zonder te wachten op andere onderdelen van deze grote programma’s.

Zie ook: Pilo, Feiten en Verhalen van de steenoven en de Jufferswaard. Speciale Uitgave van het Historisch Genootschap Redichem

 

Plaats een reactie